Woordjes leren met de kaartjesmethode
Huiswerktip
Leer woordjes met de kaartjesmethode
De kaartjesmethode is een manier om woordjes te leren én jezelf daarbij te overhoren
Wil je op een slimme manier woordjes leren? Probeer het eens met de kaartjesmethode. Het leren van nieuwe woordjes is vooral een kwestie van veel herhalen. Door vaker te herhalen, sla je de woorden beter op in je geheugen.
Met de kaartjesmethode begint het leren eigenlijk al bij het maken van de kaartjes zelf. Door de woorden op de kaartjes te schrijven, zet je je hersenen aan het werk. Tijdens het spel met de kaartjes ga je de moeilijkere kaartjes vaker oefenen dan de kaartjes die je al weet. Zo leer je de moeilijke woordjes beter en besteed je niet te veel tijd aan de dingen die je al weet. Dat werkt handig!
Wist je al dat je de kaartjesmethode ook kunt gebruiken bij het leren van begrippen voor vakken als biologie en aardrijkskunde?
Hoe werkt het?
Maak kleine velletjes papier.
- Schrijf op de ene kant het Nederlandse woord.
- Schrijf op de andere kant de vertaling van het woord.
- Pak een kaartje van de stapel met de Nederlandse tekst voorop.
Als je de vertaling weet, leg je het op een eerste stapel.
Als je het woord niet weet, leg je het op een tweede stapel.
Je houdt twee stapels over: één met de makkelijke (eerste stapel) en één met de moeilijke woorden (tweede stapel). - Ga verder met de moeilijke stapel.
De juiste antwoorden gaan terug op de tweede stapel.
Van de foute woorden maak je een derde stapel. - Je hebt nu drie stapels. Ga nu verder met de derde stapel.
Maak een tekeningetje bij het vertaalde woord. Gebruik voor de verschillende kaarten verschillende kleurtjes – of verzin een ezelsbruggetje (misschien ken je al een gedeelte van het woord, misschien hoort het woord bij een bepaalde regel). - Herhaal stapel 2 nog een paar keer. Als de woorden goed gaan mogen ze naar stapel 1.
- Herhaal stapel 3 enz.
Ga net zolang door tot je geen kaartjes meer in stapel 2 en 3 hebt.
Je kunt makkelijk kaartjes maken met diverse apps.
Je kunt de kaartjes op verschillende plekken op je kamer leggen.
Je koppelt het woord aan een beeld, waardoor het makkelijker wordt om te onthouden.
